VNG: zo willen we niet decentraliseren

“De VNG wijst de plannen rondom de overgang van zorgtaken uit de nieuwe wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) van het Rijk naar gemeenten af in de huidige vorm.” (nu.nl, vrijdag 17 januari 2014)

Belangrijk twistpunt was de ondersteuning die bij de zorgverzekeraars komt te liggen. Van de zorgverzekeraars wordt weinig samenwerking verwacht en de VNG is bang voor “afschuifrisico’s” . De VNG vreest voor “teveel vrijblijvendheid”.  Ook worden de drie decentralisaties in verschillend tempo afgewerkt, en volgens de VNG ontbreekt het daarbij aan regie.

Maar bovendien: door de huidige budgettaire kaders worden gemeenten voor “niet te dragen financiële risico’s” geplaatst. Per 1 januari wordt er wel 25% bezuinigd, maar er is geen geld om de ondersteuning die mensen nu hebben te continueren. De overgangsrechten voor de burger zijn wel geregeld, maar er zijn geen overgangsmaatregelen benoemd.

Ouderen, mensen met een beperking of psychiatrische aandoening die nu AWBZ-begeleiding krijgen, maken zich zorgen over volgend jaar. Wat gaan de gemeenten doen? Gemeenten willen best helderheid scheppen voor deze burgers, maar kunnen en willen nu nog geen toezeggingen doen, omdat er nog veel onduidelijkheden rondom de decentralisaties zijn.

Iets meer tijd voor een ‘zachte landing’, om het aanbod en de burgers mee te laten veranderen met de nieuwe inzichten, zou voor iedereen fijn zijn.

Hè? Professionele mantelzorgers?

In een bericht op de site wmo-wijzer kwam ik een bericht tegen over professionele mantelzorgers. Hè? Professionele mantelzorgers? En vervolgens een betoog hoe goedkoop deze mantelzorgers zijn in vergelijking met medisch geschoolde beroepskrachten.

Voor informele zorg worden vaak allerlei termen door elkaar gebruikt.
Kenmerkend is dat familieleden, buren, vrienden en vrijwilligers zorg en ondersteuning bieden, zonder betaling van loon. In totaal gaat het om tachtig procent (80! %) van alle zorg en ondersteuning thuis die zo wordt gegeven.

Mantelzorgers hebben een persoonlijke band met degene voor wie ze zorgen, in tegenstelling tot (zorg)vrijwilligers met wie juist vanwege de ondersteuning de relatie gaat ontstaan.

Professionele mantelzorgers bestaan dus niet.

 

Woorden gezocht voor de Transitie-Bingo

Zo’n vijf jaar geleden kwam opeens de bullshitbingo om de hoek kijken. De bingo helpt je bij saaie presentaties en/of nietszeggend beleidsgebral.

De eerste stap is dat je een bingokaart maakt met 25 woorden waarvan je verwacht dat die gezegd zullen gaan worden. Elke keer als je één van de woorden hoort,  zet je er een kruis doorheen. Als je 5 woorden op een rij hebt doorgestreept, roep je hard: Bingo!.

Rondom transities zijn een heleboel van die veelgebruikte, versleten woorden te verzinnen. Ik ben begonnen met het vullen van een kaart. Heb jij nog suggesties om de lege plekken te vullen? Ik hoor ze graag.

Kaart Transitie-Bullshit Bingo

Integraal

Verbinden

Zelfredzaam

Eigen Kracht

Wijk

Sociaal netwerk

Buren

Vrijwilligers

Inspirerend

Lokaal

Kwetsbare burger

Eén plan

Participatiesamenleving

Eigen regie

Keukentafelgesprek

Samenredzaamheid

Dichtbij

Veerkracht

Eigen netwerk

Kanteling

 

Wensdenken: De buurt lost alles op

De gedachte is simpel: door meer sociale cohesie in wijken zullen mensen elkaar meer gaan helpen. Als dan die oudere buurman of buurvrouw niet meer zelf het huis schoon kan houden of niet zelf die steunkous kan aantrekken, dan staat daar een legertje buren en wijkbewoners klaar om de helpende hand te bieden.

Marja Jager-Vreugdenhil stelt:
“De buurt doet er toe, maar niet voor informele zorg. Buren organiseren zich wel gemakkelijk om hun onderlinge omgang in de publieke ruimte te reguleren, maar zullen hun privéruimte eerder van elkaar afschermen dan buren daarin toe te laten.
Andere sociale verbanden vormen gelukkig wel een bron van informele zorg. Mantelzorg wordt meestal verleend aan familieleden. Ook diverse vrijwilligersorganisaties zijn specifiek gericht op zorg, zoals de Zonnebloem en het Rode Kruis. En ook kerken hebben zorg tot doel, zij het niet als enige doel. Er zijn dus wel degelijk sociale verbanden die belangrijk zijn voor de ambitie van de Wmo, maar die zijn niet per se buurtgerelateerd.”

Zie ook hier.

Wensdenken: Gemeenten kunnen meer doen met minder geld

Gemeenten kunnen meer doen met minder geld …

Ik begrijp nooit de logica van deze redenering. Het roept bij mij alleen maar vragen op.

Wat kunnen gemeenten meer doen? Dan wie eigenlijk? En hoe komt het dat gemeenten meer kunnen doen met minder geld. Hoe zit die redenering in elkaar? En geldt dat ook voor welzijn en zorg?

Meestal valt tegen hoeveel gemeenten meer doen voor minder geld, aldus Jurre van den Berg in de Volkskrant van vandaag.
Ook voor de uitvoering zelf is het niet logisch om te verwachten dat gemeenten efficiënter zullen omgaan met geld. Zo heeft Gupta Strategists becijferd dat de uitvoeringskosten van de Wmo momenteel acht keer zo hoog zijn als die van de AWBZ. Voorwaar nog een flinke opgave voor de gemeenten als dat met minder moet. Zie ook hier.

Bronnen:
7 goedklinkende fabels (VK, Jurre van den Berg, 21 september 2013); Evaluatie van het Nederlandse decentralisatiebeleid (1993 – 2008) van de Tilburgse School voor Politiek en Bestuur.
http://www.anbo.nl/belangenbehartiging/gezondheid/nieuws/uitvoering-wmo-acht-keer-duurder-dan-awbz